Situatie in Oekraïne
Vanwege de recente ontwikkelingen in Oekraïne, volgt de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) de situatie in het land en staat in contact met het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) en het RIVM.
Update 7 maart - IAEA Director General Rafael Mariano Grossi gaf op 7 maart een persconferentie met een update over de situatie in Oekraïne. Kijk deze persconferentie terug. Grossi gaf aan dat er op dit moment in Oekraïne geen sprake is van verhoogde stralingsniveaus. Wel uitte hij zijn zorgen over de situatie voor medewerkers van de kerncentrale Zaporizja. Oekraïne heeft gemeld dat medewerkers van de centrale werken onder leiding van een Russische commandant. De Director General van het IAEA heeft aangekondigd dat hij naar Oekraïne wil reizen om afspraken te maken over de nucleaire veiligheid.
Geen directe maatregelen nodig - We willen benadrukken dat een ongeval in een kerncentrale in Oekraïne niet kan leiden tot stralingsniveaus in Nederland waarbij directe maatregelen als evacueren, schuilen of het slikken van jodiumtabletten nodig zijn. De afstand van Nederland tot Oekraïne is zodanig groot dat dit niet nodig is.
Ter vergelijking - Bij het kernongeval in Tsjernobyl (noorden van Oekraïne) in 1986, wat een zeer ernstig ongevalsscenario was met een ouder en onveiliger type kerncentrale dan die in Zaporizja, is het stralingsniveau in Nederland zeer licht verhoogd geweest. Dit kwam toen neer op een dosis die overeenkomt met de natuurlijke dosis die mensen in Nederland in 1 á 2 weken uit de lucht en bodem, woningen en voedsel sowieso al ontvangen. Destijds was er dan ook geen reden in West-Europa om mensen te evacueren.
De ANVS staat continu in contact met het IAEA (Internationaal Atoomenergie Agentschap) om de situatie te volgen. De Oekraïense regulator informeert voortdurend het IAEA.
Het IAEA geeft updates via de IAEA-website en het Twitter-kanaal van @IAEAorg.
De ANVS staat in contact met het IAEA en houdt u op de hoogte via anvs.nl en onze online kanalen, zoals LinkedIn en Twitter.